In het voorwoord van het boek voor(t)gaan in verandering roepen de bewindslieden Van Rijn en Asscher zorg- en welzijnsorganisaties op om vaart te maken met cultuursensitiviteit.
ActiZ heeft een aantal jaren heel actief programma’s op dit gebied uitgevoerd, en daarvan zijn de resultaten in de afgelopen jaren ook gepresenteerd. Mooie resultaten, dat zeker, maar we zijn er nog niet.
Elkaar kennen en rekening houden met elkaar ligt aan de basis van cultuursensitieve zorg en samenwerking. Beter gezegd, dat ligt aan de basis van goede zorg, want het is belangrijk dat we ons verdiepen in alle cliënten, anders kun je je werk niet goed doen. Het gaat niet alleen om cliënten, maar ook om elkaar kennen als collega’s: weten wat iemand beweegt en waarom hij of zij doet wat hij doet, leidt tot beter begrip voor elkaar. En zo kunnen mensen elkaar beter aanvullen in het werk.
De visie van ActiZ is dat de cliënt zelf zeggenschap krijgt en regie heeft over zijn leven en zijn zorg – voor zover hij daartoe in staat is natuurlijk. Dat betekent onder andere dat zorgorganisaties nog meer moeten inspelen op de wensen en behoeften van cliënten. Logischerwijs betekent dat ook dat zij dan rekening houden met de culturele achtergrond van de cliënten, of zij nu Grieks of Turks of Nederlands zijn, of zij uit de Schilderwijk in Den Haag komen of uit het Gooi. En niet als groep, maar als individu.
In de omslag naar cultuur sensitieve zorg zijn nog wel wat slagen te maken. Er is nog vooruitgang nodig op gebied van luisteren en elkaar kennen. Ook voorbij het persoonlijk niveau is nog veel te winnen. We zijn nog teveel geneigd te denken in doelgroepen en diensten. Daarmee blijf je werken vanuit het huidige systeem, een systeem dat nog onvoldoende rekening houdt met individuele wensen en maatwerkoplossingen.
Om uit de systemen te breken zijn wil en overtuiging nodig. Er is leiderschap nodig vanuit verantwoordelijkheid voor kwaliteit van zorg, voor aansprekend werk voor medewerkers en een toekomst voor de organisatie. Ik zie dat daar wel steeds meer organisaties voor in zijn, maar het systeem zelf stimuleert die omslag niet.
In de huidige veranderingen in de zorg liggen wel mogelijkheden om ook het systeem aan te passen zodat maatwerkoplossingen, die passen bij culturen en tradities, beter mogelijk worden. ActiZ maakt zich sterk voor persoonsvolgende bekostiging, waarbij de cliënt zelf zeggenschap krijgt over zijn budget in plaats van bekostiging via het zorgkantoor en de gemeente. Daarmee kan ook het systeem voor verantwoording aangepast worden. Want als de cliënt het daadwerkelijk voor het zeggen krijgt, legt de zorgaanbieder verantwoording af aan de cliënten en dient deze (nog) meer rekening te houden met de (cultuursensitieve) wensen van de client.
Op die manier hebben cliënten en zorgaanbieders samen invloed om de omslag naar maatwerk en de daarbij behorende cultuur sensitiviteit. Zij zijn echter niet de enige partijen die bij dit proces betrokken zijn. Mensen blijven langer thuis wonen en moeten een groter beroep doen op hun sociale netwerk. Zelf- en samenredzaamheid vormen het nieuwe uitgangspunt voor de ouderenzorg en thuiszorg. We gaan er maar van uit dat iedereen hetzelfde verstaat onder die begrippen, maar is dat zo? Dat is een discussie die we gezamenlijk, met alle partijen die Booij en Vink in hun boek benaderd hebben, moeten voeren.